Inleiding
Voor u liggen de jaarstukken 2020 van de gemeente Middelburg. Het jaar 2020 wordt voor een belangrijk deel gekenmerkt door de uitbraak van de wereldwijde COVID-19 pandemie. Deze had uiteraard gevolgen voor de gezondheid van onze inwoners, de zorg en de economie. De pandemie had ook directe gevolgen voor ons als bestuurders én de gemeentelijke organisatie. Thuis werken, digitaal vergaderen, bijeenkomsten die niet door konden gaan. Het zijn maar een paar voorbeelden van de veranderingen sinds medio maart 2020. Het bleek in sommige situaties best lastig te zijn, zeker toen bleek dat de crisis zich na de zomervakantie van dat jaar doorzette.
Vanaf het begin af aan hebben we gekeken naar de volksgezondheid en de economie in onze gemeente. Los van mensen die ziek werden, in het ziekenhuis terecht kwamen of zelfs overleden, hadden alle maatregelen effect op ons allemaal. Iedere inwoner, ondernemer, organisatie, instelling kreeg in meer of mindere mate te maken met de maatregelen die door het Kabinet werden opgelegd. De effecten waren erg divers. Ons handelen dus ook. Enkele voorbeelden daarvan waren mensen extra hulp bieden omdat hun kinderen niet naar school mochten, bedrijven attenderen op de financiële ondersteuning die ze konden aanvragen, inwoners helpen die in de (financiële) problemen kwamen doordat zij thuis kwamen te zitten, sportverenigingen die hun deuren tijdelijk moesten sluiten en coulant zijn met het incasseren van gemeentelijke belastingen.
De hele coronacrisis bracht ook vernieuwing en samenwerkingen tot stand. Er ontstonden nieuwe initiatieven om elkaar te helpen. Telefonische hulplijnen werden opgezet. Evenementen werden digitaal georganiseerd waardoor mensen elders uit het land vanuit hun huis konden meekijken of luisteren. Musea werden digitaal toegankelijk en daarmee gemakkelijk te bezoeken door mensen vanuit de hele wereld. Er werd veel lokaal gekocht en besteld. Ondernemers werden inventief in het opzetten van een webshop en / of bezorgdienst.
We hadden ook de zorg voor de bezoekers aan onze stad. Onze buitenruimte moesten aangepast worden om zoveel mogelijk ruimte te creëren. De Regiegroep Openbare ruimte Binnenstad, met daarin Gemeente, VOM en Koninklijke Horeca, zag het levenslicht. Zeer frequent was er overleg om te bespreken waar (horeca)ondernemers tegen aan liepen. En hoe we daar naar konden handelen om ook in deze vreemde tijd een stad te zijn waar inwoners en bezoekers van harte welkom zijn.
Al snel na het bekend worden van de eerste coronagevallen in Nederland hebben we een interne projectgroep ingesteld. Deze projectgroep volgde de landelijke ontwikkelingen en adviezen en vertaalde die naar onze organisatie. Bijvoorbeeld over het thuis werken, aanpassingen in het stadskantoor, het veranderen van een aantal werkprocessen waardoor het werk door kon gaan (bijvoorbeeld voor medewerkers van TIM die niet op huisbezoek konden), etc.
Er moest het afgelopen jaar door de gewijzigde omstandigheden voortdurend bijgestuurd worden. Ook in de wijze waarop de dienstverlening al dan niet doorgang kon vinden. Bijvoorbeeld omdat informatiebijeenkomsten niet door konden gaan. Of doordat we overstapten op werken op afspraak om het aantal bezoekers aan het stadskantoor te reguleren. Commissie- en raadsvergaderingen die digitaal gehouden werden. Maar ook doordat onze medewerkers andere taken opgelegd kregen door bijvoorbeeld te handhaven op de coronamaatregelen of de inzet voor Veiligheidsregio Zeeland.
Vanuit de interne projectgroep, de regiegroep binnenstad en de lijnorganisatie zijn op meerdere momenten voorstellen aan het college voorgelegd. Verschillende keren resulteerde dat in een raadsvoorstel. Maar veelal werden de gemeenteraad door middel van een nieuwsbrief geïnformeerd over besluit die genomen waren, informatie die we vanuit het Rijk ontvingen, de extra kosten en minder opbrengsten die we hadden vanwege de coronamaatregelen of projecten en werkzaamheden die vertraging op liepen.
In de afzonderlijke programma's die onderdeel uitmaken van de jaarstukken wordt nader ingegaan op de gevolgen van deze epidemie voor de uitvoering van de taken door de gemeente. Ook is een afzonderlijke paragraaf over COVID-19 in de jaarstukken opgenomen.
Uit de jaarrekening blijkt dat uiteindelijk het financieel tekort over 2020 lager is uitgevallen dan aanvankelijk gedacht. In de toelichting bij de jaarrekening en bij de programma's wordt ingegaan op de oorzaken van dit lagere tekort. Met het indienen van de begroting 2021 valt de gemeente niet langer onder het preventief toezicht van de Provincie Zeeland. Dat wil niet zeggen dat er geen financiële uitdagingen meer zijn. Het weerstandsvermogen en de schuldpositie van de gemeente moeten verbeterd worden. Van groot belang hiervoor is het slagen van de door de gemeenteraad vastgestelde maatregelen in het sociaal domein. Daarnaast zullen ook besluiten van het nieuwe kabinet in 2021 omtrent de herverdeling en hopelijk ook vergroting van het gemeentefonds van invloed zijn op de toekomstige financiële positie en de financiële slagkracht van onze gemeente.
Het college van burgemeester en wethouders spreekt zijn waardering uit voor de inzet en betrokkenheid van de medewerkers in het afgelopen jaar. Zeker onder de COVID-19 maatregelen was het voor de medewerkers lastig om (veelal thuis) de taken uit te blijven voeren. Desondanks is veel van wat voorgenomen was om in 2020 uit te voeren toch gerealiseerd. De COVID-19 situatie zet zich ook in 2021 door waardoor opnieuw een bijzonder beroep op de inzet van de medewerkers wordt gedaan. Hopelijk slaan we ons gezond en vitaal door deze crisis heen en kunnen we na de inentingen onze taken weer als voorheen uitvoeren.
Het jaarverslag
Het jaarverslag bestaat uit:
Programmaverantwoording
Paragrafen
Programmaverantwoording
De programmaverantwoording gaat per programma in op de beoogde maatschappelijke effecten en de wijze waarop getracht is deze effecten te realiseren. Dit wordt gedaan aan de hand van de volgende vragen:
Wat wilden we bereiken?
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wat heeft het gekost?
Aan de speerpunten zijn prestaties en activiteiten gekoppeld. Deze staan in de tabellen onder "Wat hebben we er voor gedaan?" Daarin geven we aan of de doelstellingen zijn ‘gerealiseerd’, ‘deels gerealiseerd’ of ‘niet gerealiseerd’. Bij de twee vragen "Wat hebben we bereikt?" en 'Wat hebben we ervoor gedaan?" geven we een verklaring waarom het (nog) niet gehaald is. Bij '"Wat heeft het gekost?" staat een gedetailleerde toelichting op de afwijkingen tussen de begroting na wijzigingen en de realisatie voor bedragen groter dan € 25.000.
Paragrafen
In het jaarverslag zijn de verplichte paragrafen opgenomen, die zijn voorgeschreven in het besluit begroting en verantwoording gemeentes en provincie (BBV). In de afzonderlijke paragrafen zijn de beleidslijnen vastgelegd met betrekking tot relevante beheersmatige aspecten, alsmede tot de lokale heffingen.
De jaarrekening
De jaarrekening bestaat uit:
Een overzicht van lasten en baten
De balans met een toelichting
Overzicht van lasten en baten
In de staat van baten en lasten wordt op hoofdlijnen het resultaat van de jaarrekening toegelicht. In de programma's bij "Wat heeft het gekost?" staan per taakveld de lasten en baten opgenomen. En wordt een toelichting gegeven over de afwijkingen tussen de realisatie en begroting na wijziging. In een apart overzicht Kredieten zijn de (restant) kredieten per programma vermeld. Daarnaast zijn in een overzicht de incidentele baten en lasten, de structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves inzichtelijk gemaakt.
Op grond van de Wet normering topfunctionarissen is het verplicht om de bezoldiging van de topfunctionarissen te vermelden.
In het kader van de begrotingsrechtmatigheid moet bij lastenoverschrijdingen een inhoudelijke analyse plaatsvinden. Dit is in de jaarrekening opgenomen bij de analyse begrotingsrechtmatigheid.
Balans
De uiteenzetting van de financiële positie van de gemeente wordt inzichtelijk gemaakt middels de balans.
De balans geeft inzicht in de bezittingen en vorderingen (activa). En bestaan uit de vaste en vlottende activa. Aan andere kant van de balans staan het eigen vermogen en de schulden (passiva). Deze zijn uit te splitsen in vaste en vlottende schulden.
SISA
In de SISA- bijlage (Single Information Single Audit) is verantwoording over de besteding van specifieke uitkeringen opgenomen.
Overig
Dit jaar is er op verzoek van de raad een bijlage met de Europese projecten toegevoegd.
Namens het college van burgemeester en wethouders,
Johan Aalberts,
wethouder Financiën Gemeente Middelburg